De opzet van de jaarstukken is conform het Besluit begroting en verantwoording (BBV) en de verantwoording volgt de opzet van de Programmabegroting 2021. De financiële tabellen zijn afgerond op € 1.000. Hierdoor kunnen afrondingsverschillen ontstaan.
Het jaarverslag bestaat uit:
- De programmaverantwoording.
- De paragrafen.
De jaarrekening bestaat uit:
- De programmarekening. De programmarekening toont de financiële ontwikkeling in 2021 en de financiële positie aan het eind van 2021.
- De balans.
- De SiSa-bijlage (Single Informatie, Single Audit).
- De programmaverantwoording is verdeeld over vier beleidsprogramma’s.
Per programma leggen we verantwoording af over de ‘3W-vragen’ uit de begroting:
- Wat hebben we bereikt?
- Wat hebben we ervoor gedaan?
- Wat heeft het gekost?
We hebben hierin opgenomen:
- De grondslagen voor de waardering en de resultaatbepaling.
- De toelichting op de balans.
- Het overzicht van baten en lasten met toelichting.
- De controleverklaring van de accountant.
Per programma wordt verder opgenomen:
- Een overzicht van de verbonden partijen met de financiële bijlage.
- De indicatoren die genoemd zijn in de begroting 2021.
- Een toelichting op de belangrijkste verschillen tussen de jaarrekening en de gewijzigde begroting. Het gaat hier om afwijkingen groter dan € 100.000. Of afwijkingen die om andere redenen interessant of belangrijk zijn om te benoemen.
- Bij de indicatoren staan de gemiddelde cijfers van Nederland.
De verplichte paragrafen zijn:
- Weerstandsvermogen.
- Onderhoud van kapitaalgoederen.
- Financiering.
- Bedrijfsvoering.
- Verbonden partijen.
- Grondbeleid.
- Lokale heffingen.
De niet verplichte paragrafen zijn:
- Subsidies.
- Toezichtinformatie.
- Effecten corona.
